Blade Runner 2049

Een goed stukje sci-fi kan er altijd wel in wat mij betreft, en dus begaf ik me vorige week naar de bioscoop voor Blade Runner 2049, de sci-fi film van Dennis Villeneuve (Arrival) met Ryan Gosling en Harrison Ford in de hoofdrollen die sinds 4 oktober in onze zalen draait. Grappig trouwens dat we nog altijd het woord ‘draaien’ gebruiken in deze context hoewel zowat alle bioscopen al jaren volledig gedigitaliseerd zijn en er dus van draaiende plateaus pellicule al lang geen spoor meer te bekennen is.  Maar goed, ik wou het over de film hebben.

Want, beste lezer, het was me een waar voorrecht en genoegen om op die verloren donderdagavond in een bijna lege filmzaal de volle 165 minuten van dit meesterlijk stukje cinema te mogen genieten. Meer zelfs: ik vond het de beste sci-fi film die ik ooit heb gezien in een bioscoop. En ik vermeld er voor de volledigheid even bij dat ik bijzonder spaarzaam ben met dat soort uitspraken.

Een straffe stelling, zij het met de nodige nuance. Het woord ‘bioscoop’ betekent namelijk dat het referentiekader meteen een pak kleiner, wordt aangezien ik (né 1980) pas vanaf de tweede helft van de jaren 90 films van enig niveau zag in de bioscoop. Zo heb ik de originele Blade Runner uit 1982 bijvoorbeeld nooit op een groot scherm gezien.

Ik ben blij dat dat bij deze nieuwe versie wel gelukt is. Het is een waar (audio)visueel spektakel dat pas op een bioscoopscherm echt tot leven komt en je opzuigt in zijn troebele wereld. Wat dat betreft ook het vermelden waard dat ik de film in 3D zag. Hoewel ik dat brilletjesgedoe ten allen tijde probeer te vermijden had ik in dit geval geen keuze. Het leerde me wel dat ik mijn mening wat betreft 3D (namelijk dat het zelden tot nooit een film echt beter maakt) moet herzien, bij deze film is het misschien toch een meerwaarde. Wat niet wegneemt dat ik wel voor de 2D-versie zou gaan wanneer (niet als) ik de film nog een keer ga zien in de zaal. Tenminste als UGC het opportuun vindt om niet alleen de 3D-versie aan te bieden.

Hoe indrukwekkend Blade Runner 2049 visueel ook is (in grote mate dankzij Roger Deakins – geef die man eindelijk de Oscar die al lang op z’n schoorsteenmantel had moeten staan), het is niet dat wat de film écht bijzonder maakt. In een artikel op IndieWire werd het mooi verwoord.  Vrij vertaald: “De grootste kracht van de film zijn de kleine menselijke momenten in een wereld van existentiële malaise en maatschappelijk verval”. Kijk ‘s aan.

Zo goed ik de film vind, zo waardeloos zal hij volgens anderen zijn. Niets mis mee, dat kan dikwijls tellen als kwaliteitslabel.  Net zoals het feit dat de film het in zijn openingsweekend niet bijzonder goed deed aan de boxoffice. Maar goed, liever fan van een toekomstige cult classic dan een blockbuster. Toch?