Notionele nonsens

Rudi Thomaes, voorzitter van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) heeft gescoord in de media. Blijkbaar dacht hij dat het alweer cadeautjestijd was, want zo vrijgevend als ze bij het VBO zijn stelde hij voor om de afschaffing van de fiscale aftrekbaarheid van het golfabonnement bespreekbaar te maken.

Een kleine tegenprestatie zoals het behouden van de notionele interestaftrek was bij zo’n gulle geste uiteraard vanzelfsprekend. Sommige mensen schamen zich echt nergens voor …

Even tussendoor: de notionele interestaftrek komt erop neer dat bedrijven een percentage van hun vermogen van het vorige boekjaar fiscaal mogen inbrengen. Hoe meer kosten een onderneming maakt, hoe minder winst er over blijft en hoe minder belastingen moeten betaald worden. In praktijk zorgt de notionele interest er dus dikwijls voor dat de winst in theorie (bijna) onbestaande is, en dus moeten er ook (bijna) geen belastingen betaald worden. Deze regel zou buitenlandse investeerders moeten aantrekken en werkgelegenheid creëeren, maar volgens heel wat mensen die het kunnen weten is dat eerder theorie en kost het de Belgische staat vooral veel geld (zo’n 5 miljard per jaar) in plaats van dat het ons extra jobs of iets anders opbrengt.

Dergelijke maatregelen zorgen ervoor dat bedrijven die miljoenen winst maken amper belastingen betalen, en dat in tijden dat iedereen de broeksriem moet aanhalen na de crisis waarin de banken ons gestort hebben. Electrabel is het bekendste voorbeeld, zij betaalden dankzij een constructie met leningen bij het moederbedrijf in 2010 slechts een dikke 4% belastingen op meer dan 800 miljoen winst, hoewel de venootschapsbelasting in ons land meer dan 33% bedraagt. Fiscale optimalisatie noemen ze zoiets.

Om terug te komen op het golfabonnement, het is natuurlijk een publiek geheim dat ondernemers allerlei zaken inbrengen die niets te maken hebben met hun professionele activiteiten. Zo heb ik onder andere weet van geboortecadeaus die ‘relatiegeschenken’ zijn en plezierreisjes die als ‘locatieprospecties’ aan de fiscus verkocht worden. Om dan nog te zwijgen over alle mogelijke fiscale constructies die als enige doel hebben om zo weinig mogelijk bij te dragen. Uiteraard zal dit niet voor alle ondernemers gelden, maar het is duidelijk dat dit eerder regel dan uitzondering is, er is in ieder geval geen enkele reden om die indruk niet te hebben als je spreekt met en luistert naar de betrokkenen. Hell, ze zijn er over het algemeen nog bijzonder trots op ook…

Zowel ondernemers als boekhouders zijn hier bijzonder creatief in, en uiteraard kan je bij alles een uitleg verzinnen, al beseft iedereen met een klein beetje logisch denkvermogen wel dat een golfabonnement bv. niet bepaald onontbeerlijk is om te kunnen netwerken. Dergelijk gedrag is zonder meer moreel verwerpelijk, maar het gebeurt al decennia consequent en op grote schaal zonder dat iemand iets onderneemt. Van de VBO kunnen we allicht niet verwachten dat ze begrijpen dat dit ethisch onverdedigbaar is, wat blijkt uit Thomaes’ reacties.

Erger wordt het wanneer zelfs vakbondsvoorzitters zich met dergelijke spelletjes plegen bezig te houden. ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw trok niet zo heel lang geleden nochtans hard van leer tegen de notionele interest, hij noemde het ‘regelrechte fiscale fraude’. Mooi zo. Iets minder mooi wordt het wanneer blijkt dat zijn venootschap ondanks de meer dan 50.000 euro winst de afgelopen 5 jaar welgeteld 758 euro belastingen betaalde, zo blijkt uit de jaarrekeningen. Zijn verklaringen dienaangaande bieden tot op vandaag geen volledige verklaring hiervoor. Ook Humo was blijkbaar benieuwd naar Thomaes’ uitleg, maar ondanks verwoede pogingen blijkt de arme man dermate drukbezet dat een interview onmogelijk was.

Als je dan weet dat ik als zelfstandige in bijberoep met beperkte inkomsten vorig jaar meer dan 10.000 euro belastingen en sociale bijdragen extra heb betaald (buiten de bijdragen die ik sowieso al lever als werknemer dus), dan mag het niet verbazen dat bepaalde lichaamsvloeistoffen lichtjes beginnen te borrelen. Het feit dat ik door mijn bijberoep niet meer in aanmerking kom voor gespreid ouderschapsverlof (wat hier volledig los van staat) probeer ik even te verdringen, anders sta ik ook niet meer in voor de gevolgen.

Er wordt dus door zowat iedereen die het kan lustig gesjoemeld. Je kan je wel de vraag stellen in hoeverre dergelijke creativiteit wordt gevoed door de onredelijk hoge belastingsdruk in ons land. Hoewel dat op zich geen excuus mag zijn voor ongewettigde, of op z’n minst bedenkelijke aftrekposten, creëer je op deze manier wel een situatie waarin de ‘creatievelingen’ nemen wat hen naar eigen mening toch toebehoort, en daar kunnen degenen die wél principes hebben (of die niet de mogelijkheden hebben om de vele achterpoortjes op te zoeken en te benutten) dan mooi voor opdraaien.

Dat Thomaes de golfwortel bovenhaalt om de notionele interestaftrek te verdedigen is al helemaal te ziek voor woorden. Net alsof een dief die je net op heterdaad hebt betrapt je voorstelt om je televisietoestel terug te geven op voorwaarde dat hij de Land Rover nog mag stelen. Er zijn tal van zaken die ik Rudi & Rudy zou kunnen toewensen, maar goed, iemand moet het fatsoen bewaren…

Het is allicht niet allemaal zo zwart-wit als ik het hier schets, maar feit blijft dat er in de Belgische fiscale wetgeving veel teveel achterpoortjes, constructies en andere
‘optimalisaties’ bestaan die als enige doel hebben om ondernemers zo weinig mogelijk bijdragen te laten leveren.
Legaal of niet, hierdoor ontstaat logischerwijs een groot gevoel van onrechtvaardigheid bij de gemiddelde hardwerkende Belg (of Vlaming zo u wil) die het de laatste tijd wél een pak moeilijker heeft gekregen om op het einde van de maand rond te komen, vooral omdat het ook steeds duidelijker wordt dat de kloof tussen de twee kanten van het economische spectrum steeds groter wordt zonder dat de algemene welvaart erop vooruit gaat, integendeel. Dat vele ondernemers en hun fiscalisten er een sport van maken om de achterpoortjes zo goed mogelijk te benutten is zonder meer onverdedigbaar in deze tijden, maar het is in de eerste plaats de wetgever die de spelregels bepaalt, en die moeten dringend veranderd worden.

Tot op die manier de kraan wordt dichtgedraaid wens ik John Crombez, staatssecretaris voor fraudebestrijding, oprecht veel succes met dweilen.